Getekende dwarsdoorsnede van een panorama in een gebouw met mensen er in.

Panorama's: een wereldwijd fenomeen

Panorama-rage

In de 19de eeuw waren panorama’s een wereldwijd fenomeen: als voorlopers van de fotografie en film werden rondreizende panorama’s ingezet om nieuws over te brengen. Bezoekers konden op deze wijze te weten komen wat er elders speelde. Op een zeker moment bestonden er zo’n 300 panorama’s.

Het Panorama van Scheveningen is het resultaat van de Belgische panorama-rage die rond 1875 losbarstte. Enkele Brusselse ondernemers wilden er een graantje van meepikken en vroegen Hendrik Willem Mesdag een ‘Haags maritiem Panorama’ te schilderen, waarschijnlijk op aanraden van Mesdags kunsthandelaar in Brussel.

Zwaar weer

Ondanks de lovende kritieken en de koninklijke belangstelling vlak na de oplevering, bleek in de jaren erna het Panorama niet het zakelijk succes dat de Belgische investeerders hadden verwacht.

Na vier jaar dreigde het Panorama failliet te gaan. Dat ging de kunstenaar zo aan het hart dat hij in 1886 zelf zijn eigen meesterwerk kocht. Panorama Mesdag bleef zo een permanente bezienswaardigheid aan de Zeestraat in Den Haag.

Maar ondanks het faillissement van de concurrent aan het Bezuidenhout in 1887 wilde de loop er niet in komen. Om meer publiek naar de Zeestraat te trekken haalde Mesdag het eerder in Wenen en München tentoongestelde ‘Panorama van Caïro en de boorden van de Nijl’ naar Den Haag. Zijn nu met recht ‘eigen’ doek verhuurde hij eerst aan de Panoramamaatschappij in München (1887) en toen aan Amsterdam (1889/91).

In het fraaie Panoramagebouw aldaar, halverwege de Plantage Middenlaan tegenover Artis, hebben nog tot in 1926 panoramadoeken gehangen. Als laatste ‘De intocht van Christus in Jerusalem’. Het gebouw kwam in 1935 in slopershanden en ging roemloos ten onder.

  • De glazen cilinder met daarop de schets door H.W. Mesdag, op de achtergrond het Panorama van Scheveningen.
  • Het belvedere met het Panorama van Scheveningen.
  • Hendrik Willem Mesdag, Schetsboekblad, ca. mei-jun 1880, Collectie Museum Panorama Mesdag.
Glazen cilinder in houten standaard, op het glas een schets van het panorama van Scheveningen
Drie heren poseren bij het panorama, eind negentiende eeuw.
Schetsboekblad van rotonde voor het panorama.

Het verhaal achter Mesdags panorama

In 1880 kreeg zeeschilder Hendrik Willem Mesdag de opdracht tot het maken van een panoramaschilderij van Scheveningen. Rond 1900 nam de populariteit van panorama’s snel af; het statische schilderij kon niet op tegen de dynamische film.

Veel panoramagebouwen werden afgebroken of kregen een andere functie en de grote schilderijen werden in stukken geknipt. Gelukkig is het Panorama van Scheveningen bewaard gebleven. Het is het oudste panorama dat nog steeds op de oorspronkelijke locatie te bezoeken is.

Het Panorama van Scheveningen is sinds jaar en dag een van de grootste trekpleisters van Den Haag.

In de 19de eeuw waren panorama’s een wereldwijd fenomeen: als voorloper van de fotografie en film werden rondreizende panorama’s ingezet om nieuws over te brengen. Bezoekers konden op deze wijze te weten komen wat er elders speelde. Op een zeker moment bestonden er zo’n 300 panorama’s. De grote schilderijen reisden van stad naar stad en trokken veel bezoekers.

Het Panorama Mesdag is het resultaat van de Belgische Panorama rage die rond 1875 losbarstte. Enkele Brusselse ondernemers wilden er een graantje van meepikken en vroegen Mesdag een ‘Haags maritiem Panorama’ te schilderen, waarschijnlijk op aanraden van Mesdags kunsthandelaar in Brussel.

Op 1 augustus 1881 werd Mesdags maritieme Panorama aan de Zeestraat geopend. Dat was precies een dag na de opening van een concurrerend panorama in een stijlvol gebouw aan het Bezuidenhout (op de plek waar later het ministerie van Economische Zaken is gebouwd). Omstreeks die tijd werden er ook Panorama’s geopend in Amsterdam en Rotterdam. Geen van allen bleken succesvol.

Al in 1885 ging Mesdags Panorama van Scheveningen failliet. Dat ging de schilder zo aan het hart, dat hij het eind 1886 zelf kocht. Maar ondanks het faillissement van de concurrent aan het Bezuidenhout in 1887 wilde de loop er niet in komen.

Om meer publiek naar de Zeestraat te trekken haalde Mesdag het eerder in Wenen en München tentoongestelde ‘Panorama van Caïro en de boorden van de Nijl’ naar Den Haag. Zijn nu met recht ‘eigen’ doek verhuurde hij eerst aan de Panoramamaatschappij in München (1887) en toen aan Amsterdam (1889 / 91).

In het fraaie Panoramagebouw aldaar, halverwege de Plantage Middenlaan tegenover Artis, hebben nog tot in 1926 panoramadoeken gehangen. Als laatste ‘De intocht van Christus in Jerusalem’. Het gebouw kwam in 1935 in slopershanden en ging roemloos ten onder.

Echtpaar Mesdag tijdens hun huwelijksjubileum feest in Pulchri, omringd door kinderen in klederdracht.

Familievennootschap

Uitbouwen
Om zijn Panorama nieuw leven in te blazen liet Hendrik Willem in 1910-1911 de tuin tussen het voorportaal aan de Zeestraat en het Rotondegebouw bebouwen met expositiezalen. Hij exposeerde daarin zijn eigen werk en dat van zijn in 1909 overleden echtgenote Sientje. Het mocht echter weinig baten. Ook met deze zalengalerij erbij trok het grote doek weinig belangstelling.

Om de toekomst van Panorama Mesdag veilig te stellen, richtte hij in 1910, na de dood van zijn vrouw in 1909, een familievennootschap op.

Toekomstvisie
De 33 neven en nichten van het echtpaar kregen allen een aandeel in deze vennootschap en aanvaardden daarmee gezamenlijk een zware taak: zorg dragen voor de exploitatie en instandhouding van Panorama Mesdag. Tot zijn dood in 1915 bleef Hendrik Willem zelf de exploitatieverliezen voor zijn rekening nemen.

Van 1918 tot en met 1934 waren de erven zo fortuinlijk het hele complex te kunnen verhuren aan de gemeente, die in de zalen de nieuwe afdeling Moderne Kunst van het Haags Gemeentemuseum huisvestte. Doordat de gemeente uit cultuurpolitieke overwegingen de toegangsprijs drastisch verlaagde kwam eindelijk de loop er goed in. De houten steunconstructie van het duin moest zelfs worden versterkt vanwege de grote aantallen publiek!

Door ook na 1934 een deel van de Panoramazalen voor wisselende exposities te verhuren en zo af en toe een schilderij te verkopen voor het bekostigen van groot onderhoud wist de familie-N.V. het hoofd boven water te houden. Het aantal bezoekers steeg na de Tweede Wereldoorlog tot 150 à 200 duizend per jaar.

Tot op de dag van vandaag dragen de nazaten van Hendrik Willem en Sientje nog steeds zorg voor deze exploitatie en instandhouding. Inmiddels hebben het panorama en het gebouw een grondige restauratie ondergaan. Zodoende is Museum Panorama Mesdag in stand gehouden door particulier initiatief: al 140 jaar biedt het de bezoeker een magische ervaring van ruimte in de tijd van weleer. Uniek cultuurhistorisch erfgoed voor jong en oud.

De Schilders van het Panorama van Scheveningen

Publicatie: de biografie van een kunstwerk

Boek De Schilders van het Panorama van Scheveningen

Het 140-jarig bestaan van het wereldberoemde Panorama van Scheveningen is de aanleiding voor het verschijnen van de publicatie: De Schilders van het Panorama van Scheveningen.

Militaire precisie

Voor het eerst wordt het verhaal van de totstandkoming van Mesdags Panorama – van commissie tot de opening in 1881– verteld: vanaf de eerste potloodschets tot het geschilderde doek van 14,5 meter hoog en 114,5 meter in omtrek. Het wordt duidelijk met welke militaire precisie Mesdag zich aan deze opdracht wijdde en dat het kunstwerk een turbulente vroege geschiedenis kent.

Eerbetoon

De rijk geïllustreerde publicatie is een eerbetoon aan een bijzondere samenwerking tussen vijf kunstenaars. Hendrik Willem Mesdag werkte aan deze opdracht samen met zijn echtgenote Sientje Mesdag-van Houten, goede vriend Bernard Blommers en de op dat moment nog jonge kunstenaars George Hendrik Breitner en Théophile de Bock. Aan elk van hen is een apart hoofdstuk gewijd. Niet eerder is hun relatie tot Mesdag zo uitgebreid bestudeerd: waar bestonden hun bijdragen uit, wat betekende het om met de gevierde meester Hendrik Willem Mesdag samen te werken, en heeft het werken aan het Panorama hun verdere carrières beïnvloed?