Haagse horizon

De klassieke meesters als Hendrik Willem Mesdag, Sientje Mesdag-van Houten, Wijnand Nuijen, Willem Roelofs, George Hendrik Breitner en Willem Bastiaan Tholen worden getoond naast modernisten als Jan Mankes, Co Westerik en Willem Hussem. Waar deze kunstenaars zich lieten inspireren door buitenlandse voorlopers als John Constable, Richard Bonington en de schilders van Barbizon, grijpen hedendaagse kunstenaars als Marjolein Knottenbelt en Casper Faassen juist terug op de traditie van de Haagse School.

"Licht, lucht en water zijn de ingrediënten waar wolken uit worden samengesteld. Ze vormen niet voor niets het leidmotief van deze tentoonstelling. Van Schelfhout tot Hussem en van Weissenbruch tot Westerik, de verbinding met de Haagse horizon is altijd de belangrijkste inspiratiebron geweest voor de schilders van de hofstad.

Wie in de wolken boven de Noordzee kijkt, ziet meer dan een prachtig schouwspel; het is een eeuwenoude dialoog tussen lucht, licht en het Nederlandse landschap. Met deze tentoonstelling willen wij dat vluchtige moment - door Haagse schilders zo meesterlijk vastgelegd - voor onze bezoekers invoelbaar maken", aldus gastcurator Werner van der Belt.

Van Schelfhout tot nu

Naar buiten

De tentoonstelling begint bij Andreas Schelfhout, die al vóór de Franse Barbizon-schilders, buiten werkte in de duinen van Scheveningen. Zijn wolkenstudies – beïnvloed door Engelse tijdgenoten én de meteorologische inzichten van zijn tijd – vormen het begin van een nieuwe artistieke benadering van het landschap. Vanuit deze vroege ontwikkelingen groeit de Haagse School, gedragen door figuren als Mesdag, de Marissen en [Jan Hendrik] Weissenbruch. Hun schilderijen, gekenmerkt door een weids, atmosferisch realisme, zetten licht, lucht en water centraal.

Van modernisme tot nieuw licht

Vanaf het interbellum tot ver in de twintigste eeuw blijft het Haagse landschap kunstenaars inspireren. Kunstenaars als Jan Mankes, Willem Hussem, Rein Draijer, Co Westerik, Theo Bitter en Nol Kroes zoeken naar nieuwe vormen en betekenissen. Westerik verbeeldt de zee als zintuiglijke ervaring, Hussem abstraheert het kustlandschap tot pure vorm, en Bitter maakt van het strand een monumentaal decor.

Kunst van nu – met licht van toen

In het laatste deel van de tentoonstelling staan hedendaagse kunstenaars centraal. Zij schilderen, fotograferen en maken installaties waarin Haags licht, lucht en water opnieuw worden onderzocht en verbeeld. Sebastiaan Spit onderzoekt het spel van wolken en schaduw boven zee, Marjolein Knottenbelt blaast oude schilderijen nieuw leven in, en Cassandra van Veen duikt letterlijk de zee in om haar ervaring om te zetten in beeld.

  • Co Westerik, Zwemmer 1, 1962, olieverf op doek, 39 x 49 cm. Museum de Fundatie (collectie Provincie Overijssel), Zwolle en Heino/Wijhe
  • Hendrik Willem Mesdag, Garnalenvissers bij ondergaande zon, 1910, olieverf op doek, 110 x 178 cm, Museum Panorama Mesdag
Co Westerik, Zwemmer 1
Schilderij van ondergaande zon boven zee met garnalenvissers aan het werk in de branding